Vandaag delen wij informatie over de borstvoeding op de tweede dag na de geboorte.

Het is heel goed mogelijk dat je baby veel geslapen heeft de eerste dag en nu alerter wordt. De baby gaat meer wakker zijn en signalen geven dat het wil drinken. Het is prima wanneer de baby nu pas voor het eerst echt aan de borst gaat drinken. Het is mooi meegenomen als de baby eerder al heeft gedronken of het geprobeerd heeft maar dat is geen must. Het oefenen begint eigenlijk nu pas!

En oefenen dat is het, de baby heeft reflexen die belangrijk zijn voor het drinken maar de baby moet nog wel leren dit te gaan doen en samen te brengen. Dit is dus de dag dat je kunt gaan oefenen met aanhappen. Met nogmaals de nadruk op oefenen. Het hoeft niet en gaat waarschijnlijk niet in één keer lukken. Gelukkig hebben we in Nederland een fijn systeem van kraamzorg en hij/zij zal er zijn om je te helpen bij het oefenen van het aanleggen.

Hoe leg je de baby nou goed aan de borst?

Allereerst; begin altijd met een goede houding voor jezelf en de baby. 

Zorg altijd dat je goed zit of ligt en je baby goed bij de borst kan. Het hoofdje, de nek, de schouders, en het ruggetje van je baby moeten op één lijn zijn. Zorg dat het gezicht van de baby gericht is op de borst, en dat het neusje en mondje zich tegenover de tepelhof bevinden. Je kunt je baby met één arm ondersteunen. Je hebt je andere hand dan vrij om je borst te ondersteunen.

Als je baby zijn handjes tijdens het aanleggen steeds voor zijn mond houdt, kun je proberen de handjes om je borst te leggen. Je kunt eventueel gebruik maken van kussens of een voetenbankje om je hoofd, nek, armen en benen te ondersteunen.

Daarna; Als je met je vrije hand je borst ondersteunt, let er dan op dat je vingers niet op de tepelhof komen, maar erachter, anders kunnen ze je baby in de weg zitten bij het aanhappen. De borst ondersteunen doe je met je duim aan de ene kant en je vingers aan de andere kant van je borst. Je kunt je hand draaien, en zo het ondersteunen aanpassen aan de houding waarin je voedt. Zorg er altijd voor dat het breedste deel van je borst tussen je duim en vingers tegenover de breedte van het mondje van je baby is.

Hierna kun je starten met aanhappen.

Als je met je tepel de lipjes van je baby aanraakt doet hij zijn mondje open. Als zijn mondje wijd open is, breng je je baby helemaal naar de borst, zodat hij een grote hap borst in de mond kan nemen. Jonge baby’s imiteren gezichtsuitdrukkingen. Je kunt hiervan gebruik maken door tijdens het aanleggen oogcontact te maken met je baby, en ‘open’ te zeggen, waarbij je zelf je mond wijd open doet, en je tong naar voren steekt.

Als je baby goed aan de borst ligt, dan zijn de lipjes mooi naar buiten gekruld. Bij het onderlipje kun je ook zijn tong soms zien liggen. Je kunt ook even het onderlipje zachtjes opzij trekken om de tong te kunnen zien. Sommige baby’s vinden dat niet zo leuk en laten dan los. Als je baby duidelijk drinkt of klokt, en het voeden geen pijn doet (afgezien van wat steekjes of aanzuigpijn de eerste paar minuten), kun je er bijna wel van op aan dat hij goed aan de borst ligt. Het neusje en de kin mogen niet in de borst drukken.

Je kan als je de tijd en ruimte voelt ook eens de baby zelf proberen te laten pakken/zoeken. De kliertjes van montgomery (dat zijn die kleine bobbeltjes op je tepelhof) scheiden vetten uit en de geur hiervan trekt de baby aan. De baby gaat zich met de voeten zachtjes afzetten en naar de borst kruipen.

Erover lezen blijft soms wat lastig om voor je te zien wat ermee bedoeld wordt. Daarom raden wij sterk aan om deze korte video https://www.youtube.com/watch?v=wjt-Ashodw8&feature=youtu.be van het ‘Global health media project’ te bekijken waarin hele mooie voorbeelden ziet van hoe je moet aanleggen, waar je op moet letten, maar ook hoe je het beter niet kan doen. Het zien van dit filmpje maakt het dan toch wat beter om te begrijpen!

Er zijn veel verschillende houdingen die je kunt proberen om borstvoeding te geven. Zeker in het begin is het goed om te oefenen met verschillende houdingen en om te zoeken naar welke houding voor jullie het beste werkt! Bekijk volgende link voor voorbeelden van verschillende houdingen: https://www.medela.nl/borstvoeding/jouw-borstvoedingsperiode/borstvoedingshoudingen

Afvallen

Waarschijnlijk wordt de baby vandaag ook weer gewogen. Dit doen we omdat we weten dat alle baby’s in het begin gaan afvallen, wat heel normaal is, en we graag in de gaten houden of dit een normale hoeveelheid afvallen is. De baby’s vallen af omdat de toevoer van voeding verandert. Voorheen kregen ze alle voedingsstoffen via de placenta en navelstreng en nu moet het via melk. Het maagje kan niet direct veel aan en dus vallen ze de eerste dagen af. Maar zoals we nu weten is dat helemaal in orde aangezien baby’s veel bruin vet hebben die de baby goed op temperatuur houdt.

We gebruiken het afvallen (i.c.m. andere signalen van de baby) ook als leidraad voor het advies dat we geven over de borstvoeding. Hierin hanteren we ongeveer, dit verschilt natuurlijk per moeder en kind, dat we bij 7% afvallen alert worden. Dit houdt in dat we dan gerichtere adviezen gaan geven om het aanleggen te verbeteren of om de melkproductie te gaan verhogen. Bij 10% afvallen gaan we in ieder geval actie adviseren. Hiermee bedoelen we de baby in ieder geval melk te geven (bij te voeden) naast het aan de borst drinken om ervoor te zorgen dat het niet nog meer dan 10% afvalt.

Morgen verschijnt er weer een nieuwe blog!